Het oudste lid van de Gezinsbond is Alfons Leempoels (104) niet, maar de titel van ‘oudste huisarts van ons land’ draagt hij wel met enige trots. Bijna vijftig jaar lang stond deze honderdplusser uit het Vlaams-Brabantse Rotselaar op de eerste lijn om gezinnen te helpen. En dat doet hij nu nog. Zijn getuigenis vertelt ons veel over de grote evolutie die zowel het gezin als de gezondheidszorg sinds midden vorige eeuw doorgemaakt heeft.

Dag en nacht beschikbaar

‘In 1943 – midden de Tweede Wereldoorlog – ben ik met mijn praktijk gestart’, begint dokter Leempoels zijn verhaal. ‘Mijn vader is gestorven toen ik twee jaar was. We hadden een klein boerderijtje en als weduwe stond onze moeder er met negen kinderen helemaal alleen voor.

Ik was de jongste en ons gezin kon onmogelijk zeven jaar studie geneeskunde bekostigen. Maar toevallig kwam ik in contact met de vrederechter van Haacht en die spoorde me aan – tegen de zin van mijn moeder – om voor dokter te studeren. Het was dankzij de vrederechter dat ik ook de nodige studiebeurzen kreeg en uiteindelijk die opleiding kon volgen.’

‘Ik heb in het leven een goed lotje getrokken, dankzij een gezond hart. De dokters zeggen dat ik de bloedvaten heb om wel 120 jaar te worden …’

Gedurende vijfentwintig jaar werkte dokter Leempoels als enige huisarts in Rotselaar en Werchter. Hij was er altijd voor zijn patiënten, ook op zaterdag en in de beginjaren zelfs op zondagvoormiddag.

‘De mensen hadden toen nog geen thermometer, dus bij het minste dat een kind ’s nachts lastig was, moest je uit bed … Soms, heel uitzonderlijk, had er iemand een telefoon. Dag en nacht was ik beschikbaar, veel slapen was er in die tijd niet bij.

Ik reed ook met patiënten naar spoed in Leuven. Zo herinner ik me die keer dat de slagbomen aan het station dicht waren en de stationschef – die mij kende – snel naar zijn cabine liep. Hij zette het signaal voor de trein op rood en deed voor mij de slagboom omhoog. Dat kon toen allemaal …’

LEES OOK > Trendwatcher Tom Palmaerts over de toekomst van gezinnen: ‘De toekomst kan je ook zelf mee vorm geven’

Van Aziatische griep tot coronaAlfons Leempoels is oudste huisarts van ons land: 'De jeugd heeft chance nu te mogen opgroeien'

In die jaren kort na de oorlog regelden dokters ook de medicamenten voor hun patiënten. Velen hadden zelf een apotheek in huis, al was er op morfine, aspirines en penicilline na weinig sprake van medicatie. De echte doorbraak van antibiotica kwam pas jaren later.

‘Zelfs bloed konden we in die tijd nog niet afnemen. We gaven de patiënt een prik, legden een druppeltje bloed onder de microscoop en telden het aantal bloedcellen.

Ook bij de kinderziektes zoals mazelen, kink- hoest, kinderverlamming en kroep heb ik veel zien veranderen. Nu heb je daar allemaal vaccins voor. Alleen de vaccinatie tegen pokken was verplicht en ook het tetanosvaccin kenden we al. Kroep konden we alleen maar behandelen met serum en bij kinkhoest moesten we gewoon wachten tot het voorbij was. Helaas stierven er ook kinderen aan die ziektes …’

LEES OOK > Waarom vaccinaties van in het prille begin een goed idee zijn

Dokter Leempoels deed vooral huisbezoeken, wat toen heel normaal was. Jarenlang kon hij daarvoor rekenen op een chauffeur die hem rondreed. ‘Dat betekende veel tijdwinst, want het ging soms over vijftig tot zestig huisbezoeken per dag. Door bij mensen aan huis te gaan, kom je wel veel meer te weten over het gezin dan tijdens een consult. Dat was een groot voordeel.

Mijn hoogste aantal huisbezoeken was op 4 oktober 1957, een datum die ik nooit meer vergeet. Toen ben ik in 107 huizen langsgegaan. Dat is geen “ideale geneeskunde”, hé, maar we hadden geen andere keus … De Aziatische griep woekerde volop in ons land en die pandemie maakte veel meer mensen ziek dan corona nu. Je had wel minder ernstig zieken en ook het aantal doden lag heel wat lager.’

Marathon

Als oudste huisarts van ons land is dokter Leempoels met zijn lange doktersloopbaan een vat vol verhalen. Maar vandaag geniet hij vooral van de vriendschap van zijn familie, vrienden, buren … Een uitgebreide familie met negen kleinkinderen en evenveel achterkleinkinderen.

‘Ik vind dat mijn achterkleinkinderen veel chance hebben om vandaag te mogen opgroeien’, mijmert hij nog. ‘Toch lijken de mensen me nu veel minder tevreden dan toen wij jong waren. Materieel hadden we het niet zo goed, maar je zult me niet horen zeggen “Goh, in mijnen tijd was het zus of zo …”. Onze moeder stond er alleen voor, maar ongelukkig waren we niet.’

‘Lopen kan ik niet meer, maar vorig jaar heb ik op een maand tijd wel een marathon in mijn tuin gestapt’

In 2017 werd Alfons Leempoels honderd en net toen is zijn vrouw Julia overleden. Als we daarover spreken, wordt het heel stil … Sindsdien is ook zijn gezichtsvermogen heel beperkt geworden. ‘Ik moet me daarbij neerleggen, dat is nu eenmaal eigen aan de leeftijd. Maar gelukkig ben ik goed omringd door familie en zorgverleners. Ik voel me niet eenzaam of geïsoleerd.’

Intussen blijft deze honderdplusser nog altijd in beweging en legt hij dagelijks in zijn living een afstand van 1,5 kilometer af. ‘Natuurlijk mag ik niet verwachten dat ik nog een marathon zou kunnen lopen. (lacht) “Lopen” niet, maar vorig jaar heb ik op een maand tijd wel een marathon in mijn tuin gestapt. Zo zamelde ik geld in voor het coronafonds van de KU Leuven. Ik heb in het leven een goed lotje getrokken, dankzij een gezond hart. De dokters zeggen dat ik de bloedvaten heb om wel 120 jaar te worden …’

LEES OOK > Op latere leeftijd beginnen sporten? Zo pak je dat aan

Toekomstwens

Alfons Leempoels behoort tot de 46 honderdplussers bij de leden van de Gezinsbond. Zijn familie heeft ook een bijzondere band met onze organisatie: zowel zijn schoonbroer als zijn (latere) schoonvader heeft mee de plaatselijke afdeling Rotselaar opgericht.

Een toekomstwens van deze eeuweling mocht in dit jubileumjaar van de Gezinsbond natuurlijk niet ontbreken:

‘Al mijn hele leven ben ik zelf relatief gezond geweest en ik wens iedereen eenzelfde lang leven toe. Ik hoop dat onze gezondheidszorg er alleen nog maar op vooruitgaat. Daar geloof ik sterk in. Op den duur gaan ze ook tegen kanker wel iets vinden.’

Meer info

Meneer Doktoor. Verhalen over leven en dood, lijf en lust 1937-1964, Peter Vandekerckhove, Globe, 2006.

Foto’s: Kristof Ghyselinck

Dit artikel verscheen in oktober 2021 in De Bond, het ledenblad van de Gezinsbond. De Bond kan ook bij jou (gratis!) in de bus vallen. Het enige wat je hoeft te doen, is lid worden. Nieuwtjes en activiteiten van de Gezinsbond meevolgen kan ook via FacebookTwitter en Instagram.

Gepubliceerd op: 03/12/2021, laatste update op: 05/04/2022

Tags: , ,