De levensweg van speltherapeut Niels Roelant (41) staat grotendeels in het teken van spelen. Deze mens ergert zich niet aan een met blokken bezaaide vloer en vindt bovendien dat we het buitenspelen wat minder in moeten dammen. Ik mocht eeuwige speelvogel Niels een uur of twee schaken en schotelde hem allesbehalve triviale lezersvragen voor over spanningen tijdens het spelen bij kinderen.
De expert
Niels Roelant is psycholoog, opvoeder en speltherapeut in zijn eigen praktijk De Kunst van Spelen. Hij gelooft in afgestemd opvoeden en de kracht van het spel.
Solitaire
‘Ik hoor regelmatig hoe belangrijk en leuk het is om samen met je kind te spelen. Maar eerlijk, ik weet niet hoe dat moet, ik kan er mij simpelweg niet op concentreren. Soms ga ik wel eens naast Oskar (5) zitten, maar na twee minuten prutsen met Playmobil heb ik het helemaal gehad en laat ik hem in zijn eentje verder spelen. Is dat een probleem?’
Niels: ‘Ik snap dat niet iedereen evenveel spel in zich heeft, en dat is echt oké. Maar ook al speel je zelf niet mee, zorg er wel voor dat je kinderen genoeg speeltijd krijgen. Wanneer ze bijvoorbeeld thuiskomen na school, zal spelen hen helpen om op een veilige manier te ontladen en de voorbije dag te verwerken.
‘Kinderen pikken veel op door ruzie te maken. Het zou bijna zonde zijn als ze NOOIT ruziemaken.’
Zorg daarom in de woonkamer voor een afgebakende plek waar ze met hun speelgoed hun gang kunnen gaan en laat dat gewoon gebeuren. Vermijd zoveel mogelijk storende factoren zoals tv of radio, en blijf intussen wat in de buurt. Je kan de was plooien of het eten klaarmaken en af en toe laten horen dat je er nog bent. Maar probeer niet te veel vragen te stellen want dan worden ze misschien uit hun spel getrokken.’
Twister
‘Mijn dochters zijn nu vier en vijf jaar, maar van samen spelen is absoluut geen sprake. Al heel snel beginnen ze te redetwisten en even later hoor ik hen gegarandeerd gillen of huilen. Vanaf welke leeftijd mag je verwachten dat kinderen in staat zijn om op zijn minst een paar minuten samen te spelen?’
‘Vanaf de peutertijd en doorheen de kleutertijd leren kinderen om samen te spelen, maar je ziet dat het pas echt goed lukt rond het einde van de kleutertijd. Je zou denken dat kleuters op school bijna niet anders kunnen dan samen spelen, maar ook daar spelen ze de eerste jaren vooral náást elkaar. Beetje bij beetje leren ze om materiaal te delen en tegen de start van de lagere school zullen ze effectief beter samen kunnen spelen. Tegen dan dringt het door: wanneer ik iets afgeef, kan ik dat nadien terugkrijgen.
Rond hun zes jaar merken kinderen ook dat het een fijn gevoel geeft wanneer ze iets delen met een klasgenoot, zeker als ze zien hoeveel plezier die klasgenoot daaraan beleeft. Hoe frustrerend het voor jou als ouder ook is, je mag niet vergeten dat er bij “samenspelen” ontzettend veel vaardigheden komen kijken: je beurt afwachten, zelf initiatief nemen of het aan een ander overlaten, problemen oplossen, een verhaal opbouwen… Als een van die aspecten bij een kind niet goed ontwikkeld is, kan dat voor strubbelingen zorgen en ontstaat er misschien ruzie.’
LEES OOK > Samen spelen en speelgoed delen: moeilijk voor (bijna) elke kleuter
Stratego
‘Ruzie? Dat komt hier héél vaak voor. Ik heb een zoontje van zeven en dacht dat het fijn kon zijn om hem regelmatig te laten spelen met zijn neefje dat naast ons woont en even oud is. Maar élke keer komt er weer ruzie van. Wat is dan de beste strategie? Mij moeien of hen gewoon laten begaan?’
‘We weten dat kinderen heel veel oppikken door ruzie te maken: ze bedenken oplossingen, ontwikkelen empathie door de gevoelens van de ander te respecteren, leren luisteren naar de tegenpartij… Het zou bijna zonde zijn als ze NOOIT ruziemaken!
Het is bijzonder moeilijk om te bepalen wanneer je moet tussenkomen. Alle ouders hebben zo hun eigen grenzen: sommigen kunnen het niet verdragen als hun kinderen schelden, anderen grijpen pas in als er gevochten wordt. En wanneer je heel moe bent, reageer je misschien sneller dan op een andere dag.
Het komt er in de eerste plaats op aan de veiligheid van je kinderen te bewaken. Fysieke agressie is zeker en vast een grens, maar het kan gebeuren dat broers en zussen wat duwen, trekken of elkaar eens een mep geven. Ik zou daar niet meteen boos om worden, maar wel die grens duidelijk maken en samen kijken hoe ze hun frustratie op een andere manier kunnen uiten.’
Wie ben ik?
‘Wanneer ik tussenkom bij een ruzie, speel ik nogal vaak de rol van Grote Verzoener. Ik vraag mijn kinderen dan om elkaar een kus of een knuffel te geven. Ze doen het wel, maar het is meestal dik tegen hun zin. Daarom vraag ik mij af: speel ik soms niet beter een andere rol?’
‘Als je tussenkomt, probeer dan niet te reageren op één actie of uitspraak die je toevallig opgepikt hebt, maar besef dat er waarschijnlijk al veel meer gebeurd is tussen die ruziemakende kinderen. Zijn de emoties nog hevig? Haal hen even uit elkaar om alles wat te laten zakken.
Dat uit elkaar halen bedoel ik echt letterlijk, je kan de ene naar de hal sturen en de andere naar de keuken. Pas als de gemoederen een beetje bedaard zijn, kan je hen aanspreken op hun ruzie en hun gedrag.
De ideale aanpak is: goed luisteren naar beide partijen om te ontdekken wat er aan de hand is, daarna vragen hoe ze het een volgende keer willen aanpakken en dan samen tot een voorstel en een oplossing komen. Herstel na een ruzie is heel belangrijk, maar hoeft niet met grote woorden of een gebaar te gebeuren. Samen een wandeling maken of gewoon naast elkaar in de zetel zitten en de andere mee onder jouw dekentje laten kruipen, is qua herstelgebaar even waardevol.’
Monopoly
‘Als ik terugdenk aan mijn kindertijd, zie ik meteen het beeld voor mij van de buurtkinderen die samen buiten spelen. De straat was van ons! Vandaag kan dit blijkbaar niet meer, is dat niet ontzettend jammer?’
‘Zeker. Ikzelf ben opgegroeid aan een doodlopend plein waar wij gewoon op straat speelden en opzij gingen als er eens een auto door moest. Nu hebben ze daar drie woonblokken bijgebouwd waardoor het verkeer toegenomen is en de auto’s de straat overgenomen hebben.
Waar kunnen kinderen vandaag nog op een veilige manier experimenteren en ravotten? Speelpleinen worden als te lawaaierig bestempeld en speelbossen zijn in Vlaanderen heel schaars. Je vindt zeker niet in elke gemeente een stuk natuur waar kinderen en jongeren zich kunnen uitleven. Ontzettend jammer! Ravotten is zó belangrijk, kinderen kunnen er zó veel van leren, maar het wordt in onze maatschappij op alle manieren begrensd en zelfs aan banden gelegd.’
LEES OOK > 6 voordelen van buiten spelen
Zeeslag
‘Mijn zoontjes kiezen bij het eendjes vissen op de kermis altijd voor plastic vuurwapens. Ook messen en zwaarden vinden ze geweldig. Ikzelf heb het meer voor vrede en liefdevol speelgoed. Blijf ik proberen om deze slag te winnen of begraaf ik de strijdbijl?’
‘In de spelkamer waar ik therapie geef, liggen er ook zwaarden. Soms maakt vechten deel uit van de verbeelding van kinderen en dan kunnen ze dat er op een veilige manier uitkrijgen tijdens het spelen. Uiteraard zijn er wel afspraken nodig. Bij zwaardvechten spreken we altijd af dat we elkaar geen pijn gaan doen én dat we zullen proberen om op het zwaard en niet op de mens te slaan.
In een gezin lijkt me zo’n aanpak ook mogelijk. Pistolen en geweren maken helaas deel uit van het leven en ze zitten ook in Playmobil en LEGO. Kinderen zullen al eens ‘legertje’ spelen om na te bootsen en te verwerken wat ze via nieuwsberichten oppikken.
Ik zou er zelf niet happig op zijn als mijn kind een speelgoedpistool wil, maar dan vooral omdat je daar maar één ding mee kan doen. Er komt weinig of geen verbeelding bij kijken, dat houdt mij misschien nog meer tegen dan de link naar geweld.’
LEES OOK > Waarom wil mijn kind altijd spelen met een speelgoedgeweer?
Cluedo
‘Wij spelen in ons gezin heel graag gezelschapsspelletjes, maar als mijn dochter van tien meespeelt, zakt de sfeer vaak onder nul. Vooral als ze verliest. Dan geraakt ze buiten zinnen en schreeuwt ze moord en brand. Hoe pakken we dit aan?’
‘Ik verlies soms met opzet omdat kinderen veel kunnen leren door te zien hoe iemand met verlies omgaat. Voor kinderen die worstelen met hun zelfvertrouwen kan het een boost geven als ze winnen.
‘Zijn de emoties nog hevig? Haal hen dan letterlijk even uit elkaar om alles wat te laten zakken.’
Toch vind ik niet dat je je als ouder om de lieve vrede moet laten verliezen. Bij sommige spelletjes is dat ook niet mogelijk, of je moet al vals gaan spelen. En da’s uiteraard geen goed voorbeeld voor je kroost. Wat wél een prima idee is: zelf op een mooie manier omgaan met je verlies. Dus niet zitten mokken of boos de kamer uitstappen, bijvoorbeeld.’
Gratis webinar: Spelen is meer dan een spelletje
Samen spelen is niet alleen plezant. Nee, intussen creëren kinderen hun eigen wereld met heuse regels en afspraken. Ze bedenken spelletjes en delen soms hun speelgoed. Ze leren onderhandelen, oplossingen zoeken en af en toe maken ze ook eens ruzie. Hoe spelen kinderen tussen zes en twaalf? Kan je fijn samenspelen ook stimuleren? Wanneer kom je als ouder tussen? Wat wil je bereiken? Welke rol speel je zelf? Niels Roelant weet er alles over en deelt zijn kennis in dit gratis webinar op donderdag 14 november om 20u.
Dit artikel verscheen in oktober 2024 in De Bond, het ledenblad van de Gezinsbond. De Bond kan ook bij jou (gratis!) in de bus vallen. Het enige wat je hoeft te doen, is lid worden. Nieuwtjes en activiteiten van de Gezinsbond meevolgen kan ook via Facebook, Twitter en Instagram.
Gepubliceerd op: 04/11/2024