Vijf jaar geleden, aan de vooravond van de coronacrisis, werd Caroline Vrijens Vlaams kinderrechtencommissaris. Met haar boek ‘Een nieuwe wereld voor het kind’ reikt ze ons nu handvatten aan om de jonge generatie wegwijs te maken in een tijd in volle verschuiving. Tegelijk roept ze ons op om echt naar kinderen en jongeren te luisteren.

Zonder zorgen

Je boek opent met wat je een ‘kort cv van CV’ noemt. Hoe bepaalt je eigen parcours mee je engagement voor de rechten van kinderen?

Kinderrechtencommissaris Caroline Vrijens: ‘Elk kind heeft nood aan een stabiele figuur’Caroline Vrijens: ‘Ik beleefde een zorgeloze kindertijd, die zich vooral in de natuur afspeelde. Maar toen ik 13 jaar was, verloor ik mijn mama. Op dat moment zakte in ons gezin de grond volledig weg onder onze voeten. In zekere zin nam ik de zorg op voor mijn jongere broer en zus en probeerde ik hen zoveel mogelijk te beschermen.

Mijn parcours leert me hoe snel sommige kinderen volwassen worden, zonder dat ze dat zelf goed beseffen. Uiteindelijk zou elk kind zonder zorgen moeten kunnen opgroeien, maar bepaalde gebeurtenissen drukken een grote stempel op een kinderleven.’

Zulke verhalen zitten nu ook in het nieuwe VRT-programma ‘Wat niemand ziet’. Herkenbaar?

Caroline Vrijens: ‘Toch wel. Vooraf kon ik een aantal afleveringen bekijken en die raakten me heel sterk. Zo was er de getuigenis van de zussen Eloïse en Noémie over het verlies van hun ouders. Toen ik dat zag, kwamen de herinneringen uit mijn eigen jeugd weer naar boven.

De twee meisjes, even oud als ik toen was, wonen nu in bij een bevriend koppel van hun ouders. Die mensen hebben zelf geen kinderen en zullen hun uiterste best doen om Eloïse en Noémie met de nodige liefde en warmte te omringen. Maar dat die kinderen hen nooit “mama en papa” gaan noemen, versta ik heel goed. Je hebt maar één mama en één papa. Wij zouden onze stiefmama ook nooit “mama” genoemd hebben.’

Anders kwetsbaar

Om de samenleving bewust te maken van het belang van kinderrechten omschrijf je kinderen als ‘anders kwetsbaar’. Wat bedoel je daar precies mee?

Caroline Vrijens: ‘Kinderen zijn voor alles in hun leven afhankelijk van volwassenen in hun omgeving. Daarom mogen we ze niet uit het oog verliezen als hun ouders zelf in moeilijkheden zitten. Ik hoor niet graag de negatief klinkende term “bemoeizorg”. Het is wel belangrijk om ons soms te “moeien”, net om kinderen alle kansen te geven. Als ik in dat verband over “anders kwetsbaar” spreek, bedoel ik daarmee dat kinderen nog in volle ontwikkeling zijn. Ze zijn dus kwetsbaarder voor problemen zoals armoede, geweld, slechte huisvesting en milieuvervuiling.’

LEES OOK > Vul een brooddoos tegen honger op school: ’Armoede zit zo dichtbij als de klasgenootjes van onze kinderen’

Allemaal thema’s waar het Kinderrechtencommissariaat ook meldingen over binnenkrijgt.

Caroline Vrijens: ‘Dat klopt. Al zien we bij onze klachtenlijn alleen het topje van de ijsberg, toch zijn de meldingen een belangrijke vinger aan de pols voor beleidswerk. Ik leer daaruit vooral hoe groot de nood van kinderen is aan een stabiele figuur in hun leven. Dat is echt een basisbehoefte voor elk kind. Iemand met wie je elke dag kan babbelen, die jou graag ziet, je steunt in wat je doet en met wie je leuke dingen kan doen. Dat is des te belangrijker in deze tijden waarin zo veel kinderen en jongeren kampen met psychische problemen, wat nog altijd een taboe blijft.

Maar wat als zo’n stabiele figuur niet in je leven komt? Denk aan kinderen die in een voorziening opgroeien en veel verschillende hulpverleners zien passeren. Versta me niet verkeerd, hé. Het is fantastisch dat we voorzieningen hebben, want heel wat jongeren vertellen mij ook hoe ze zo kansen in hun leven kregen. Maar vanzelfsprekend is het niet, noch voor de jongeren zelf, noch voor de hulpverleners.’

LEES OOK > TEJO geeft laagdrempelige hulp aan jongeren met psychische problemen

Echt luisteren

Je schrijft in je boek dat we al veel beter dan vroeger naar kinderen luisteren. Toch is het nog te vaak eenrichtingsverkeer. Hoezo?

Caroline Vrijens: ‘Ik ben ervan overtuigd dat heel wat ouders zich inspannen om de leefwereld van hun kinderen beter te begrijpen. Maar soms beseffen we onvoldoende hoeveel we van kinderen en jongeren kunnen leren. We blijven ze te veel “onderwijzen” zonder echt te luisteren. Onze kinderen en jongeren zijn de ervaringsdeskundigen van deze tijd. Ze zien, voelen en ervaren bepaalde dingen anders dan volwassenen. Of het nu gaat over onderwijs, identiteit, sociale media of klimaat, om alleen die actuele thema’s te noemen.’

Je verwijst nadrukkelijk naar de moed van de klimaatjongeren. Heeft het beleid voldoende naar hen geluisterd?

Caroline Vrijens: ‘Ik denk dat veel jongeren bewuster in het leven staan dan wij in onze jeugd. De inzet voor het klimaat is daar een mooi voorbeeld van. Ik haal daarbij graag een uitspraak aan van een jongere op onze Kinderrechtendag. “Waarom organiseert ons land niet eens een klimaatconferentie voor jongeren? Dan kunnen de ministers en experten ons in een verstaanbare taal een actuele stand van zaken over het klimaat geven.” Ik vond dat zo’n knap idee dat ik ervoor blijf pleiten.

Maar gaan ze dat ooit doen? Uiteindelijk moeten we ertoe komen om echt in dialoog te gaan met kinderen en jongeren. Ik laat me daarbij graag inspireren door het schitterende werk van jeugdwelzijnswerkers in Antwerpen, Brussel en Gent. Wij proberen dicht bij die jeugdwerkers te staan, want zij kennen het best de vragen en noden van de meest kwetsbare jongeren in onze samenleving.’

LEES OOK > Een kindnorm hanteren is kinderrechten garanderen

Spreekrecht

De Vlaamse Jeugdraad en de Scholierenkoepel betrekken toch ook jongeren bij het beleid?

Caroline Vrijens: ‘Natuurlijk, maar niet elke jongere vindt de weg naar die inspraakorganen. Ik stel mij bovendien de vraag hoeveel gewicht we als samenleving aan de mening van kinderen en jongeren geven. In welke mate houdt een kindvriendelijke stad of een gemeente rekening met de suggesties die de jeugdraad hen aanreikt?’

Op welke domeinen maakten jullie de voorbije vijf jaar het beleid kindvriendelijker?

Caroline Vrijens: ‘Dan denk ik in de eerste plaats aan het dossier “Het kind weegt te licht”. Daarin staan een hele reeks aanbevelingen voor een beter spreekrecht. Intussen is het wettelijk geregeld dat elk kind – ook jonger dan 12 jaar – het recht heeft om gehoord te worden. Ook het recht op een vertrouwenspersoon is in die wet opgenomen. En er komt een filmpje waarin op maat van kinderen en jongeren uitgelegd wordt hoe dat nu precies zit met dat spreekrecht.

Andere thema’s waarop we volop ingezet hebben, zijn de lege brooddozen en de aanpak van pesten op school. Zo vind ik de oprichting van l’Observatoire du Climat Scolaire door de Fédération Bruxelles-Wallonie heel inspirerend voor een beter schoolklimaat. Maar als ik nu algemeen op die voorbije vijf jaar terugblik, ben ik vooral dankbaar voor die vele moedige en wijze kinderen die ik al op mijn pad tegenkwam. Zij zorgen ervoor dat ik het als een absoluut voorrecht ervaar om dit werk te mogen doen.’

LEES OOK > Spreekrecht bij kinderen: te weinig aandacht voor het kind als ouders gaan scheiden

Meer info

Foto Caroline Vrijens: Koen Broos

Volg de Gezinsbond ook op FacebookTwitter en Instagram om op de hoogte te blijven van nieuwtjes en activiteiten. Lid worden van de Gezinsbond kan hier.

Gepubliceerd op: 18/11/2024, laatste update op: 19/11/2024