Voor een eetstoornis kies je niet. Het is geen aanstellerij. Wel een ernstige psychische stoornis die je leven compleet op zijn kop kan zetten. Eten is dan niet langer een vanzelfsprekendheid maar een heuse strijd. Pas als kan ingezien worden dat er een probleem is, kan de stap naar genezing gezet worden. Wat kan je als ouder doen als je kind een eetstoornis heeft?

Wat als je kind een eetstoornis heeft?

Niet alle kinderen of tieners die diëten, krijgen een eetstoornis, maar bijna alle eetstoornissen beginnen met een dieet. Begin dus niet meteen te panikeren als je kind wat wil lijnen, maar hou – zoals altijd – een oogje in het zeil. Als je kind een eetstoornis heeft zal het voortdurend calorieën tellen, anders beginnen eten, maaltijden overslaan en plots veel gewicht verliezen. Blijf niet bij de pakken zitten. Hoe sneller je ingrijpt, hoe beter want dat vergroot de kans op een volledig herstel. En dan blijven de gevolgen voor de gezondheid beperkt.

Helaas zoekt pas 1 op 3 tijdig hulp. Ook Charlotte en Tiana, de getuigden over hun strijd met respectievelijk anorexia en boulimie, hadden veel problemen om hulp te aanvaarden.

Wat kan je als ouder doen?

1. Kalm blijven

Een eetstoornis is zwaar voor iedereen in de buurt (en het herstel nog zwaarder), maar aan paniekerige of angstige reacties heeft je kind niks. Soms wordt het gewoon zelfs erger.

Het is belangrijk om te beseffen dat eetstoornissen over eten lijken te gaan maar meestal liggen verschillende oorzaken aan de basis. De eetstoornis is dan een manier om de problemen onder controle te houden of te vergeten.

Dat is meteen ook de reden dat het niet zo simpel is als ‘gewoon weer beginnen eten’ of ‘stoppen met eten’ en dat een herstel lang kan duren.

LEES OOK > Boulimie begrijpen

2. Samen praten

Een eerste reactie, zeker vanuit bezorgdheid, kan aanvallend overkomen: je wil dat het kind eet/stopt met eten, je wil dat het gezond is en blijft. Begrijpelijk maar probeer het toch te vermijden.

Probeer op een open en niet-beschuldigende manier te praten met je kind: Wat voelt het kind, waarom, wat moet er gebeuren of veranderen om toch meer/minder/anders te gaan eten, wat verwacht het kind van zijn ouders? Zoek daarvoor een veilig plekje om te praten: na het eten, aan de afwas, in de auto … wat er werkt voor jouw gezin.

Stel je kind ook gerust: dat je er bent en altijd zal zijn, dat je dit samen doet, dat je in hem/haar gelooft en vooral: dat je hem/haar graag ziet.

‘Eén woord: begrip. Hoe moeilijk het ook is, bekijk het als een ziekte. Het is geen gril, het is geen manier om op te vallen. Maak je niet kwaad, wijs hen niet terecht. Wanneer je daarbovenop verwijten moet slikken van je omgeving, zak je nog dieper weg. Die cirkel kan alleen doorbroken worden wanneer ouders laten voelen dat ze het begrijpen. En dan zoeken ze best zo snel mogelijk professionele hulp. Wat je tiener ook beweert, niemand kan zichzelf van boulimie genezen.’ – Tiana

3. Professionele hulp zoeken

Hoe graag je het ook wil, door de complexe achtergrond van een eetstoornis is het quasi onmogelijk om het zonder professionele hulp voor elkaar te krijgen. Niet elk kind met een eetstoornis staat evenwel open voor die hulp. De huisarts, een voedingsexpert, een psycholoog… blijf mensen aanspreken tot er een is die kan doordringen tot het kind.

En… vergeet jezelf niet. Ook jij als ouder moet je verhaal kunnen doen, bij een zelfhulpgroep, een Facebookgroep of een hulpverlener.

LEES OOK> Eline worstelde met anorexia: ‘Ik was helemaal vergeten hoe lekker een boterham met choco is’

4. Volhouden

Dit proces is vermoeiend en soms ook ontmoedigend. Het kan een aantal jaren duren voor je kind hulp aanvaardt, en dan nog een aantal jaren herstel. Als er al geen wachtlijst is om hulp te krijgen … Volhouden dus om de hulp te krijgen tot bij je kind, tot het herstel er is.

De eetstoornis zet een zware druk op het gezin, alles komt in het teken te staan van eten en het kind.

Daarnaast mag je je ook niet laat afschepen. Kinderen met een eetstoornis zijn heel vindingrijk in het verstoppen van hun probleem of gewoontes. Blijf aandringen op praten of verklaringen (ook al voel je je een oude zaag), neem de verantwoordelijkheid voor het herstel en stap naar dokters, psychologen of hulpverleners.

5. Lezen en leren

Lees over de eetstoornis, volg verhalen en zoek informatie op. Zo weet je waarvoor je staat en voelt het kind ook dat je je best doet om het te begrijpen. Dit kan je ook begeleiden tijdens het gesprek met je kind.

6. Vrienden en/of lief betrekken

Zeker bij jongeren is de invloed van vrienden of hun lief heel groot (en nodig). Hen bij dit proces betrekken, kan dan ook een verschil uitmaken maar… enkel als je kind hier zelf voor openstaat. Bespreek het dan ook eerst samen.

Betrek zelf ook enkele vrienden in het proces, zodanig dat jij ook bij iemand terecht kan.

7. Met het gezin op uitstap gaan

Trek erop uit met het gezin, onderneem iets samen, focus niet constant op eten! Eet bijvoorbeeld wel samen.

8. Voor jezelf zorgen

Zorg voor jezelf: gun jezelf een pauze en geef jezelf vooral niet de schuld. Doe je verhaal, als je daar nood aan hebt.

9. Realistisch beeld vormen

Herstellen van een eetstoornis is een proces dat met vallen en opstaan verloopt en wel enkele jaren kan duren. Wees je ervan bewust dat het niet in één keer weer beter wordt. Het zal erop aan komen om het zelfbeeld van je puber te herstellen en ervoor te zorgen dat hij of zij weer een gezonde band krijgt met eten. Als je kind ervoor openstaat, kan je samen ook situaties inoefenen (iets vet eten of gevoelens op een andere manier uiten). Zo kan je iets bijdragen aan het herstel.

Wie krijgt een eetstoornis?

Ongeveer 3,5 procent procent van de bevolking krijgt te maken met één of andere eetstoornis. Zowel mannen als vrouwen, zowel oud als jong. Er bestaan verschillende soorten, waarvan de bekendste anorexia en boulimie. De gevolgen voor de gezondheid blijken vaak bijzonder ernstig. Niet alleen op fysiek vlak (zoals erosie van de tanden of problemen met de darmen), maar ook op psychologisch en sociaal vlak.

Iedereen kan een eetstoornis ontwikkelen, maar op bepaalde momenten in het leven zijn mensen er gevoeliger voor. Overgangsmomenten (zoals de puberteit, naar het middelbaar of naar het hoger onderwijs) of stresserende gebeurtenissen (ziekte van een familielid) zijn ’triggers’.

LEES OOK > Het abc van de gezonde tiener: van alcohol tot lief zijn voor je lijf

Meer info

Volg de Gezinsbond ook op FacebookTwitter en Instagram om op de hoogte te blijven van nieuwtjes en activiteiten. Lid worden van de Gezinsbond kan hier.

Gepubliceerd op: 27/09/2017, laatste update op: 19/06/2023