In zijn column voor ons magazine GROOTouders pent André Vansteenbrugge zijn overpeinzingen neer. Dit keer over hoe klanken zijn kleinkind rustig krijgen. Ofwel de kracht van muziek.
Het is al een hele tijd geleden dat ik ‘In een klein stationnetje’ heb gestaan en dan zeker ’s morgens in de vroegte. Dat soort stationnetjes is in de loop der jaren geleidelijk verdwenen en bovendien heb ik nog zelden zin om er vroeg te gaan staan. Van dat ‘goud in de mond’ is namelijk nooit veel terechtgekomen en bovendien kan je als senior na negen uur goedkoper reizen.
Wat wél is teruggekeerd sinds ik ‘de bende van de mini’s’ geregeld in huis heb: die oude liedjes. ‘Op een grote paddenstoel’, ‘Poesje Mauw’ en ‘De wielen van de bus’ heb ik intussen grijsgedraaid. Nog voor de woorden komen, gaan de oortjes open voor die deuntjes. Vreemd genoeg willen ze liever hetzelfde liedje op repeat dan telkens weer iets anders horen. Pas als kinderen wat ouder worden, verlangen ze naar nieuwe dingen.
De kracht van muziek
Het verbaast mij hoe die muziek hen ook echt stil kan krijgen. Toen mijn kleinzoon enkele jaren geleden wat rusteloos en ontevreden leek, begon mijn zoon David te spelen op zijn akoestische gitaar en … de geprikkeldheid verdween.
De klanken die uit de snaren werden getokkeld, zorgden voor rust en aandacht. Was het toverkracht waarmee de muziek het kind wegleidde van zijn minder goed humeur of was het de verbazing over het feit dat zijn oom dat uit zo’n houten doos met draadjes haalde?
Ook later toen ik hem van school mocht halen, bleef de korte autorit een muzikale belevenis. Nu nog hoor ik het hoge kinderstemmetje ‘nog niet héélemaal’ zingen als we mijn huis naderden. Er bijna zijn was toen nog iets waarvan genoten kon worden. Onderweg zijn in de auto was voor hem een reis buiten tijd en ruimte. Eenmaal ‘mijn huisje’ bereikt, was de spanning weg. Die vond dan snel haar uitweg in legpuzzels of blokken.
LEES OOK > Zingen over de herfst van het leven in 10 liedjes
In het geheugen geknoopt
Geleidelijk aan kwamen ook de andere liedjes: de Disney-melodietjes en later ook de onvermijdelijke Bumba-deuntjes. Van bij de eerste noten weet zo’n klein mensje waar het over gaat en al heel vroeg worden stukken meegezongen. Oké, de tekst klopt niet altijd helemaal, maar alleen een zeurpiet maakt daar een probleem van.
Ongelooflijk trouwens hoe sommige dingen zich zo snel in het geheugen knopen. Misschien omdat muziek eigenlijk ouder is dan taal? Onze verre voorouders communiceerden eerst met geluiden die langzaam ritmischer werden en daarna geleidelijk evolueerden tot het begin van spreken.
Je zou het wel denken als je ziet hoe universeel de kracht van muziek is. Enkele noten kunnen ons ongewild in een andere tijd en ruimte brengen. En dezelfde liedjes en rijmpjes blijven generatie na generatie meegaan.
Zelfverzonnen
Als grootouder sta je dan vaak verwonderd over de ‘zelfverzonnen’ woordjes die uit een kindermond komen. Niet zo goed begrepen woorden uit onder andere liedjes gaan een eigen leven leiden.
Zo kent elk gezin wel van die benamingen die voor de buitenwereld onbegrijpelijk blijven. Geluiden van de eigen stam. Om een overbekend gedicht na te spreken: zo klinkt het nieuwe leven telkens weer als een nieuw geluid. Een refrein om van te houden.
LEES OOK > Muzikale opa Jan De Smet: ‘Onze kleinkinderen krijgen voor hun verjaardag een liedje cadeau’
Dit artikel verscheen eerst in het Magazine voor GROOTouders (nr. 11, 2021). Ook ontvangen? Schrijf je dan in voor het magazine en de bijbehorende nieuwsbrief. Volg de Gezinsbond ook op Facebook, Twitter en Instagram om op de hoogte te blijven van nieuwtjes en activiteiten. Lid worden van de Gezinsbond kan hier.
Gepubliceerd op: 24/12/2021