Eindelijk! Woensdag! Je favoriete dag! Een hele namiddag doorbrengen met de (klein)kinderen! Misschien een cake bakken? Naar het park? Samen een film kijken? Maakt niet uit, het wordt sowieso weer zalig! Tot je enthousiast de woonkamer binnenstapt en verwelkomd wordt met de woorden: ‘Daar zijn ze, de losers! Geen genade! Knal hun kop eraf!’ Hoe ga je om met gamen en geweld bij je (klein)kinderen?  

Gamen en geweld

Geen paniek. Je (klein)kinderen zijn niet ineens veranderd in bloeddorstige monsters. Ze zitten gewoon te gamen. En in het gros van die games komt flink wat geweld voor. Jammer, zeg je? Ik snap het. In de buitenwereld woedt vandaag al vreselijk veel oorlog, zijn zulke spelletjes dan echt nodig? Laat staan gezond?

Vroeger vs. nu

Kijken we eerst eens naar dat gamen zelf. Het is bij heel wat kinderen en tieners razend populair. Vooral bij jongens staat het hoog in het lijstje van favoriete bezigheden. Bijna vijftig procent van de jongeren gamet op een schooldag langer dan een uur, en op een vrije dag loopt dat zelfs op tot tachtig procent.

Eigenlijk is het geen wonder dat games zo populair zijn. Herinner je je nog de eerste computerspelletjes uit de jaren zeventig en tachtig? De eerste dagen konden die ontzettend boeien, maar daarna ebde de pret snel weg. De gorilla werd gevangen en het spel was uitgespeeld. Nu gamen je (klein)kinderen samen met vrienden in megagrote werelden met gigantisch veel levels. Er komt gewoonweg geen einde aan. Het werkt bovendien met beloningen: als ze iets overwonnen hebben, krijgen ze meteen een nieuwe uitdaging voorgeschoteld. Een sterker wapen, een hoger level of een snellere auto. Op die manier kunnen ze uren bezig blijven. Geen wonder dat ze de klok en jou soms uit het oog verliezen!

Als je zelf nooit echt gek was op computerspelletjes en geen benul hebt van wat het allemaal inhoudt, valt het enthousiasme van je (klein)kinderen vast moeilijk te vatten. Misschien voel je zelfs de neiging om dit cliché nog eens boven te halen: ‘Vroeger speelden we gewoon buiten!’ Je bent niet alleen: heel wat grootouders en ouders voelen een natuurlijke weerstand en maken zich zorgen om het gamegedrag van hun (klein)kinderen. Maar in de meeste gevallen blijkt dat niet nodig.

LEES OOK > Verslaafd aan gamen: ‘Ik heb veel in de virtuele wereld geleefd en nauwelijks in de echte’

Interesse

Wat sowieso een goed plan is: interesse tonen voor die games en erover praten met je (klein)kinderen. Ga er gerust eens bij zitten en stel wat vragen: ‘Hoe verloopt dit spel en wat is er zo spannend aan? Hoeveel levens heeft je personage en waar loopt het nu naartoe?’

Gaming-expert Matthias Dewilde sluit zich hierbij aan: ‘Als je geen idee hebt welke games ze spelen, krijg je op den duur twee totaal verschillende leefwerelden. Aan de ene kant zitten de ouders en grootouders die hameren op schoolwerk en zo, aan de andere kant de kinderen die willen gamen. Ik zie het een beetje als een schommel: hoe meer interesse jij toont in hun wereld, hoe meer ze bereid zullen zijn om naar jou te luisteren. En waarom probeer je niet eens mee te spelen? Het zal jullie band sowieso versterken.’

Vreedzaam vs. wreedaardig

‘Jaaaa, ik heb hem gekild! Haha! Eat this, loser!’ Zulke ‘gezellige’ zinnetjes hoor je al eens weergalmen in de woonkamer wanneer je (klein)kinderen met hun maten een ‘ontspannend’ spelletje spelen. Mensen omverrijden of afknallen, auto’s stelen, steden vernietigen… logisch dat je bezorgd bent of zelfs vreest dat die niet zo vreedzame games ook effectief agressie zullen uitlokken.

Het wordt meer dan eens beweerd en gesuggereerd, maar er zijn geen harde bewijzen om te stellen dat gamen aanzet tot agressie en geweld. Aan de basis van geweld ligt veel meer dan gewoon een game. Zolang je kleinkinderen ook nog genoeg andere dingen doen en zien, hun schoolwerk niet verwaarlozen en een gezond sociaal leven hebben, zal het geweld in games geen invloed op hen hebben.

Volgens de mensen van Mediawijs, het Vlaamse Kenniscentrum Digitale en Mediawijsheid van de Vlaamse overheid, snappen gamers perfect dat de regels in games verschillen van de normen en waarden in het echte leven. Ze zoeken die games net op voor de spanning of om weg te dromen in een fantasiewereld. Eens het spel gedaan is, laten ze ook die sensatie of fantasiewereld achter. Als er toch een verband wordt aangetoond tussen games en agressief gedrag, gaat het om een kleine groep mensen. Of iemand tot die kleine risicogroep behoort, is niet makkelijk te bepalen.

Alweer een goed idee: erover praten, je licht opsteken bij je kleinkinderen zelf. Wat vinden ze zelf van al dat geweld? Zien ze goed het verschil tussen fantasie en werkelijkheid? Mocht je merken dat je fervent gamende kleinkind minder gevoelig wordt voor geweld of het zelfs normaal gaat vinden, praat er dan zeker over met de ouders. Je kan ook contact opnemen met de Druglijn voor gratis advies en een luisterend oor: druglijn.be of 078 15 10 20.

LEES OOK > Mijn kind wil alleen maar gamen: hoe ga ik daarmee om?

Ergernissen

Wat wel af en toe voorkomt, is dat gamen impact heeft op het humeur van je kleinkinderen. Doordat ze misschien al te lang stilzitten, zich ergeren aan andere spelers, ergens vastzitten of plots moeten stoppen. Maar die ergernissen en frustraties kunnen evengoed voorkomen bij games die er minder onschuldig uitzien, zoals Tetris bijvoorbeeld. Of Scrabble.

Meer weten

Geweld in games: wat als je (klein)kind een fanatieke gamer is?Klik door naar mediawijs.be en veiligonline.be. Of lees ‘Typisch Tieners Van Nu’ van Sarah Van Gysegem (2023, Uitgeverij Borgerhoff & Lamberigts). Vergeet niet: als lid van de Gezinsbond krijg je 5 % spaarkorting bij Standaard Boekhandel.

Dit artikel verscheen eerst in het Magazine voor GROOTouders (nr. 20, 2024). Ook ontvangen? Schrijf je dan in voor het magazine en de bijbehorende nieuwsbriefVolg de Gezinsbond ook op FacebookTwitter en Instagram om op de hoogte te blijven van nieuwtjes en activiteiten. Lid worden van de Gezinsbond kan hier.

Gepubliceerd op: 15/04/2024