Bij heel wat senioren blijft de coming-out van de zopas overleden zanger Will Ferdy (95) – intussen meer dan een halve eeuw geleden – in het collectieve geheugen zitten. En jawel, ons land loopt vandaag op wetgevend vlak voorop bij de erkenning van iemands seksuele oriëntatie en/of genderidentiteit. Maar toen Ferdy uit de kast kwam, was dat nog helemaal anders. Zo leren ons ook de getuigenissen van Roger (78), Maggy (74) en Fran (70), die met de RainbowAmbassadors een aanspreekpunt zijn voor LGTBQI+-senioren.

Coming-out bij senioren

Hoe verliep de zoektocht naar de beleving van je seksualiteit en/of gender?

Roger: ‘Al op heel jonge leeftijd – en zeker vanaf mijn puberteit – voelde ik mij tot jongens aangetrokken. Maar hoe ik dat gevoel precies moest benoemen, was voor mij een groot vraagteken. Ik had ook geen voorbeelden. We woonden in een landelijke gemeente en in mijn omgeving werd er nooit openlijk over gesproken dat iemand homo of lesbienne kon zijn.

We werden opgevoed met het beeld dat het normaal was om te trouwen en kinderen te krijgen. Dat werd maatschappelijk van je verwacht, dus volgde ik dat patroon. Ik heb dan ook anderhalf jaar een relatie met een meisje gehad. Op seksueel vlak betekende dat voor mij niets, want intussen had ik ook wel contacten met jongens. In die tijd bestond er zeker literatuur die homoseksualiteit ter sprake bracht, maar zelf was ik daar niet mee vertrouwd.

Het was ook pas veel later dat ik besefte waarom ik op school zo veel gepest werd. Ik was een tenger baasje dat zich nogal vrouwelijk gedroeg, en daardoor was ik waarschijnlijk een makkelijk slachtoffer voor pesterijen. Ik spreek nog over de tijd van de colleges, waar jongens moesten voetballen en vooral stoere dingen doen.’

‘Ik leidde een dubbelleven tot iemand op het werk mij aansprak op mijn oorbellen en mijn gelakte vingernagels…’ – Fran (70)

Fran: ‘Ik herken mij in Rogers verhaal, want ik was ook heel vrouwelijk aangelegd. Ik ben geboren als man, maar ik hield van ballet, turnen, mode en ik leerde zelfs borduren. Dat vond ik allemaal fantastisch. Maar wat het betekende om homo of trans te zijn, daar had ik geen idee van.

Ooit werd aan de keukentafel wel eens gesproken over iemand die naar Marokko ging, waar de eerste transseksuele operaties plaatsvonden. Maar waarover dat gesprek precies ging, kon ik toen niet plaatsen. Dat was in de jaren zestig en toen hoefde je zelfs niet te denken aan een transitie. Dat was in die tijd onmogelijk. Had het wel gekund, dan zou ik waarschijnlijk al op mijn vijftiende of zestiende met het idee gespeeld hebben om te kiezen voor een transitie.’

Maggy: ‘Als kind voelde ik mij soms meer jongen dan meisje. Bomen omhakken, klusjes doen… Daar leefde ik mij het liefst in uit. Ik keek dus enorm op naar alles wat volgens het klassieke rollenpatroon met mannen in verband gebracht werd, maar ik wilde dat wel duidelijk als meisje en later als vrouw doen. Mijn moeder had dat door en ze moedigde mij aan – naar het voorbeeld van mijn zus – om mij toch wat vrouwelijker te gedragen en te kleden. Maar dat vond ik niet zo belangrijk.

Ik had wel weet van mensen die leefden als homo of lesbienne, maar echte rolmodellen waren dat voor mij niet. Veel werd daar bij ons thuis niet over gepraat. Ik herinner mij wel het moment waarop een homokoppel in Frankrijk het nieuws haalde omdat ze wilden trouwen. Mijn vader reageerde toen dat die tijd ook ooit bij ons zou komen, maar voor mijn persoonlijke leven betekende dat verder niets.

Ik ben dan later met een man getrouwd. Uit die relatie heb ik twee kinderen en nu ook vier kleinkinderen. Zodra ik besefte dat ik op vrouwen viel, besloot ik bij mijn man weg te gaan en kozen we voor gedeeld ouderschap. Intussen ben ik al bijna 27 jaar gelukkig samen met een vrouw.’

LEES OOK > Van ‘Huh?’ naar ‘Aha!’: de betekenis achter LGBTQI+

Kinderwens

Sommigen van jullie generatie, denk maar aan LGBTQI+-pioniers als Will Ferdy, hebben openlijk gestreden voor gelijke rechten en behandeling. Hoe was dat bij jullie?

Drie senioren vertellen over hun coming-out: 'Wat gaan de mensen daar wel van denken?'

Roger: ‘Begin jaren tachtig ging ik als radiomaker aan de slag bij Radio Centraal, een lokale zender in de provincie Antwerpen. Daar presenteerde ik – nog tot 2013 – programma’s die aandacht schonken aan LGBTQI+-thema’s. Dat allereerste homoprogramma, nu veertig jaar geleden, was zeker spraakmakende radio.’

Maggy: ‘In mijn studentenjaren heb ik het door mijn “anders-zijn” psychisch heel zwaar gehad en ging ik voor het eerst ook door een depressie. Ik wist dat ik een relatie met een man niet zag zitten en praatte daar toen over met een psychiater. Maar die enkele gesprekken leverden niets op.

Ik had in die jaren ook een tijd een lesbische relatie en ik droomde er zelfs van – al sprak ik dat nooit openlijk uit – om met een vrouw kinderen te hebben. Ik sympathiseerde wel met de holebibeweging, dat wel. Toch heb ik die lesbische gevoelens jarenlang onbewust onderdrukt, onder andere door mij op allerlei sociale engagementen te storten. En wie kinderen wilde, moest toen een man hebben… In de periode dat mijn kinderen opgroeiden, was ik verder niet zo bezig met mijn seksuele geaardheid.’

Fran: ‘Mijn strijd is altijd binnenskamers gebleven. Ik was al 55 jaar toen ik na een lange relatie pas echt aan mijn gevoelens toegaf. Ik had ook kinderen en daarbij nam ik mijn ouderlijke verantwoordelijkheid op. Het moment waarop mijn relatie stukliep, kreeg mijn vrouwelijke kant steeds meer de bovenhand. Ik probeerde dat heel wat jaren verborgen te houden. Ik leidde een dubbelleven tot iemand op het werk mij aansprak op mijn oorbellen en mijn gelakte vingernagels… Dan besefte ik dat ik mijzelf eindelijk moest aanvaarden zoals ik was. Ik ging in transitie en zestien maanden later was alles achter de rug.’

Tot je echt ‘ja’ zegt…

Hoe reageerde de omgeving op je coming-out?

Fran: ‘Tegen mijn collega’s op het werk moeten zeggen “dit wordt het”, was het allermoeilijkste. Ze hadden mij immers altijd als een man gekend die zich bovendien tamelijk macho gedroeg. Ik had een belangrijke functie bij een groot bedrijf dat diversiteit hoog in het vaandel droeg, tot ze ermee op de werkvloer geconfronteerd werden. Vooral bij het management hadden ze het er moeilijk mee, want “wat zouden de mensen er wel van denken”.

Toch bewaar ik goede herinneringen aan die eerste werkdag na mijn transitie. De collega’s stonden mij op te wachten met cadeautjes en champagne. Mijn e-mailadressen waren aangepast en ze hadden zowel de banken als de klanten en leveranciers op de hoogte gebracht. Dat was ongelooflijk.

En verrassend genoeg had mijn transitie ook een impact op een aantal vrouwelijke collega’s die tevoren nooit met hun “anders-zijn” naar buiten durfden te komen. Ze hadden mij nog maar net als vrouw leren kennen of plots kwamen zij als lesbienne uit de kast. “Als jij dat doet, kunnen wij dat ook”, klonk het.’

‘Ik heb die lesbische gevoelens jarenlang onbewust onderdrukt. Wie kinderen wilde, moest toen een man hebben’ – Maggy (74)

Maggy: ‘Met mijn kinderen, toen twaalf en veertien jaar oud, heb ik dat openlijk besproken. Mijn zoon reageerde met “mama, word ik dan ook zo?”. Hij begreep het niet, maar hij schreef me wel een mooi briefje dat ik nog altijd bewaar. Daarin staat dat hij toch gehoopt had zijn eigen kinderen later in een familie met een oma en opa te kunnen laten opgroeien. Een paar dagen later begreep hij het wel.’

Fran: ‘De reactie van mijn kinderen na mijn transitie vergeet ik ook nooit. Ze zeiden allebei dat ze het allang wisten en dat ze mij nu pas werkelijk fijn vonden om mee te praten. Dat is heel vreemd, maar kinderen voelen zoiets aan.’

Roger: ‘Bij mij speelde mijn streng katholieke opvoeding een enorme rol. Daarom heeft het ook zolang geduurd voordat ik ermee naar buiten durfde te komen. Vooral de periode waarin je nog geen “ja” durft te zeggen tegen jezelf, is de moeilijkste van je leven. Maar zodra je de stap zet om echt te zijn wie je bent, word je een totaal ander mens.’

LEES OOK > Granny Lieve en kleindochter Stella over liefde, vroeger en nu: ‘Mijn oma schreef liefdesbrieven, wij sturen snapchats’

LGBTQI+-senioren zijn een vergeten groep

In de (ouderen)zorg leeft nog sterk het idee dat alle senioren heteroseksueel zijn en ze zich voor hun genderidentiteit als ‘cisgender’ omschrijven (waarbij gender en geslacht dus samenvallen).

Dat heeft vanzelfsprekend ook gevolgen voor specifieke medische en sociale noden van LGBTQI+-senioren. Daarom gaan de RainbowAmbassadors langs in woonzorgcentra en geven ze opleidingen in de zorg voor een grotere aandacht voor diversiteit in seksuele oriëntatie en genderidentiteit.

Hoe ook het beleid hier zijn rol in kan spelen, heeft deze organisatie onlangs in een manifest gegoten met vijf concrete eisen.

Meer info vind je op rainbow-ambassadors.be, tel. 0476 60 40 51. Van maandag 20 tot vrijdag 24 maart 2023 is er de Regenboogweek, georganiseerd door Vief vzw Seniorenknooppunt i.s.m. de RainbowAmbassadors.

Ook ons dossier Alle liefs voor M/V/X bevat een heleboel getuigenissen en herkenbare verhalen.

Foto’s: Kristof Ghyselinck

Dit artikel verscheen in december 2022 in De Bond, het ledenblad van de Gezinsbond. De Bond kan ook bij jou (gratis!) in de bus vallen. Het enige wat je hoeft te doen, is lid worden. Nieuwtjes en activiteiten van de Gezinsbond meevolgen kan ook via FacebookTwitter en Instagram.

Gepubliceerd op: 19/12/2022, laatste update op: 27/01/2023