Afspraken niet nakomen, allerhande grenzen aftasten, experimenteren met van alles en nog wat… Pubers! Wat doe je eraan? De goede oude deegrol bovenhalen, of met een vrije geest toch maar alles oogluikend goedkeuren? Onze expert-opvoeden en mama van drie Sarah Van Gysegem (49) pleit voor de gulden middenweg. ‘Pubers misdragen zich nu eenmaal en steken dingen uit, dat hoort erbij.’

Je ontdekt dat je puber zich misdraagt, hoe ga je daarmee om?

Sarah: ‘Laat ons een concreet, herkenbaar voorbeeld nemen: wiet. Je vindt een zakje drugs, leeg of vol, in de zak van je tiener. Het kot bijeengillen, is dan een logische reactie. Je bent geschrokken. Heel normaal en begrijpelijk, maar niet aanbevolen. Adem. Hoedanook. Tel tot tien, desnoods luidop. Laat je heftigste emoties een beetje zakken. Vanuit een emotie in discussie gaan of je kind direct aanspreken, is geen goed idee. Daar komt weinig constructiefs uit. Negeer het niet, maar ga in gesprek op een goed moment. Je mag ook niet zomaar vergeten dat ze iets uitgestoken hebben.’

Hoe begin je aan zo’n gesprek?

Hoe ga je om met pubers die zich misdragen? 'Natuurlijk mag je boos zijn, maar blijf ademen'‘Wacht een goed moment af voordat je erop terugkomt. Ik vind bijvoorbeeld een langere rit samen in de auto uitstekend. Het kan even duren voor je een gepast moment vindt, maar het is de moeite waard. Ook al vraagt het veel zen en zelfdiscipline, want waarschijnlijk blijft het voorval in je hoofd rondspoken.

Begin het gesprek niet aanvallend, maar kaart je bezorgdheid op een neutrale manier aan en zeg: “Ik wil eerst naar je luisteren.” Ga niet direct vanuit vooroordelen, je eigen mening of beschuldigingen te werk. Behandel je tiener als een waardige gesprekspartner en luister naar het verhaal. Wat is er gebeurd? Hoe komt dat? Wat heeft je kind er zelf over te zeggen?

Tijdens het gesprek kan je zeker af en toe aangeven hoe jij je daarbij voelt. Hoewel je je emoties onder controle kunt houden, blijven ze aanwezig. Als ouder zijn we ook maar mensen, het is waardevol dat je tiener dat beseft. Praat ook daarover. Op een rustig moment kun je bijvoorbeeld zeggen: “Ik begrijp dat je het nu misschien nog niet ziet, maar dit en dat had kunnen gebeuren en daar maak ik me zorgen over. Het komt voor jou misschien saai en cringe over, maar ik pak het daarom op deze manier aan.”

Blijf daarnaast altijd aandacht hebben voor de noden van je puber, los van situaties als deze. Ik ga altijd uit van de drie B’s: babbelen, babbelen en nog eens babbelen. Maar daar horen eigenlijk drie L’en bij: luisteren, luisteren en nog eens luisteren. Tieners leven in een andere wereld dan jij, ook al reflecteer je over je eigen puberteit. Tijden zijn veranderd. We kunnen niet meer alles meteen begrijpen.’

LEES OOK > Praten met pubers doe je zo

Makkelijk gezegd, moeilijker in de praktijk. Wat als je potje toch eens overkookt?

‘Het is een natuurlijke reflex om hevig te reageren uit bezorgdheid, dat is vaak de grootste valkuil. Aan de andere kant, omdat het een natuurlijke reflex is, bestaat er ook een goede kans dat je het herkent. En dan is het spel nog niet verloren.

Mocht je eens uit je sloffen schieten, kan je achteraf zeggen: “Sorry, dat was er los over. Ik begon je te beschuldigen, ik zei lelijke dingen, het spijt me.” Je tiener kan daar enorm veel van leren. “Ik heb hier wel al vier dagen op m’n tanden zitten bijten om niet emotioneel te reageren.” Het is als ouder heel waardevol om “echt” te zijn en te doen. Zo leert je tiener dat het normaal is dat ook ouders emoties hebben.

‘Vanuit een hevige emotie in discussie gaan, daar komt weinig constructiefs uit’

We weten inmiddels dat strenge straffen afketsen op tieners, en dat ze als reactie daarop misschien juist extra contrair doen. Daarom raad ik nu eerder aan vanuit een gesprek te handelen. Maar natuurlijk mogen we nog steeds boos zijn. Ondanks alle begrip en mildheid blijft het de taak van de ouder om de tiener zonder kleerscheuren door de puberteit te loodsen. Dus ja, als je dat een goed idee vindt, kan je je tiener nog steeds naar diens kamer sturen, maar ik denk dat een gesprek altijd de volgende stap moet zijn, als het niet de eerste stap is. Dus of het nu boosheid, verdriet of paniek is, die gevoelens mogen er zijn. Maar neem even de tijd om te ademen.’

Waar ligt de grens tussen ‘eens iets mispeuteren, typisch tieners’ en ‘echt fout, hier moeten we ingrijpen’? En hoe handel je dan?

‘Over een eenmalige misstap moet je je geen al te grote zorgen maken. Ja, het kan illegaal zijn, maar ik denk niet dat je meteen naar de politie moet stappen als je bijvoorbeeld een zakje wiet vindt. Volg wel op hoe vaak het voorkomt en of je tiener eruit leert. Die zaken zijn voor mij cruciaal.

Als je buikgevoel zegt: “Dit is niet meer oké. Ik kan dit niet meer aan”, dan moet je daar niet mee blijven zitten. Het gevoel dat je het even niet meer onder controle hebt met je puber, is allesbehalve aangenaam. Dat snap ik maar al te goed. Het is belangrijk om je gevoel dan met een vertrouwenspersoon te delen, zoals je huisarts, een leerkracht, het CLB (Centrum voor Leerlingenbegeleiding), andere ouders, grootouders, iemand op de sportclub of de jeugdbeweging. Het is een heel waardevolle stap om te zetten, om samen met de omgeving naar een oplossing te zoeken.’

LEES OOK > De CLB-chat, een breed onthaal voor leerlingen en hun ouders

Waarom steken pubers eigenlijk zo vaak dingen uit?

‘Dat heeft alles te maken met de levensfase waarin ze zich bevinden. Pubers misdragen zich meer dan anderen omdat hun brein grote veranderingen ondergaat. Het impulsieve deel in hun brein is heel actief en tegelijkertijd is hun rationele brein, de prefrontale cortex, nog niet volledig ontwikkeld. Dat betekent dat hun logisch-redeneervermogen nog niet op punt staat. Gesprekken zijn een geweldige oefening om dat vermogen te laten rijpen.

‘Denk eens aan wat je zelf mispeuterde in je tienerjaren. Dat werkt verhelderend’

Daardoor is de puberteit de fase bij uitstek waarin jongeren experimenteren. Hun blik verruimt. Terwijl een kind bijvoorbeeld gewoon accepteert dat het niet voor de televisie mag eten omdat een ouder het zegt, zal een tiener die regel vergelijken met hoe het er bij vrienden aan toegaat. Zo tasten tieners grenzen en regels af die hen thuis opgelegd zijn. Het hoort bij een normale puberteit.

Als je als ouder met een rebellerende tiener geconfronteerd wordt, is het belangrijk om te beseffen dat het erbij hoort. Weet dat iedereen het meemaakt. En denk ook eens terug aan je eigen tienerjaren en de dingen die je zelf hebt uitgestoken. Hoe was ik zelf? Wat heb ik allemaal mispeuterd? Dat kan héél verhelderend zijn.’

Foto Sarah Van Gysegem: Kristof Ghyselinck

Dit artikel verscheen in juli 2023 in De Bond, het ledenblad van de Gezinsbond. De Bond kan ook bij jou (gratis!) in de bus vallen. Het enige wat je hoeft te doen, is lid worden. Nieuwtjes en activiteiten van de Gezinsbond meevolgen kan ook via FacebookTwitter en Instagram.

Gepubliceerd op: 30/06/2023

Tags: